Project 3, klas 3
Brandveilig buiten
De Sonnevanck in Harderwijk is een zorggroep voor ouderen. De verschillende zorglocaties liggen in de bosrijke omgeving van het Leuvenumse bos. Een prachtige plek die veel rust biedt voor de ouderen. Toch brengt een bosrijke omgeving ook gevaren met zich mee. In geval van droogte kan een natuurbrand zich heel snel uitbreiden en de kwetsbare ouderen zijn niet in staat om het gebied snel te ontvluchten.
Het is aan jullie de opdracht om een nieuwe buitenruimte te ontwikkelen. Een buitenruimte is een open of halfopen gebied dat zich buiten een gebouw bevindt en bedoeld is voor verschillende activiteiten, zoals ontspanning, spelen, werken of ontmoeten. Dit kan bijvoorbeeld een tuin, balkon, terras, binnenplaats, park, speeltuin of plein zijn. In deze buitenruimte moeten de ouderen zich kunnen ontspannen en ook verschillende activiteiten kunnen ondernemen. Bij het ontwikkelen van de buitenruimte denken jullie ook aan de natuur en de brandveiligheid.
De opdrachtgevers

IVN Natuureducatie is een organisatie die zich inzet voor natuur- en milieueducatie. Ze bevorderen natuurbewustzijn en duurzaamheid door middel van excursies, cursussen en projecten voor scholen, gemeenten en bedrijven. IVN streeft ernaar mensen te verbinden met de natuur, zodat ze deze beter begrijpen, waarderen en beschermen.

De gemeente Harderwijk is de organisatie die het bestuur en de dienstverlening van de stad regelt. Ze richt zich op leefbaarheid, duurzaamheid en ontwikkeling, en werkt samen met inwoners en partners aan een toekomstbestendige stad.
Extra uitdaging!
Tijdens dit project werken we anders dan jullie gewend zijn. In plaats van dat je met leerlingen uit hetzelfde PGP samenwerkt, werk je nu gemengd met elkaar samen. Iedere projectgroep bevat een D&I, een TIV en een Z&W leerling.
​
Jullie ontwikkelen samen als projectgroep de buitenruimte maar doen dit wel vanuit eigen vakgebied. Hierdoor vul je elkaar goed aan. Wel werken jullie allemaal samen aan één hoofdvraag.
De hoofdvraag:
Ontwikkel een brandveilige en natuurvriendelijke buitenruimte voor ouderen waar zij elkaar kunnen ontmoeten en samen activiteiten kunnen ondernemen.
Hier moet de buitenruimte aan voldoen:
-
Er zijn minimaal twee activiteiten die ouderen kunnen doen in de buitenruimte.
-
Bij het ontwerp is nagedacht over hoe de buitenruimte kan bijdragen aan de natuur.
-
De buitenruimte bevat voorzieningen die er voor zorgt dat bosbrand vertraagd of voorkomen wordt.
-
De ouderen en/of dieren kunnen in geval van een bosbrand de buitenruimte veilig verlaten of kunnen in de buitenruimte hiervoor schuilen.
-
De buitenruimte wordt ontwikkeld met ecologisch verantwoorde materialen

Opdracht
Leerdoelen
Tijdens dit project richten jullie je voornamelijk op het 3D ontwerpen van de buitenruimte. Deze werk je uit in een maquette waarin ook 3D prints geïmplementeerd zijn.
-
Eindterm 12 - Maken van een 3D model
-
​De leerling ontwerpt een digitaal 3D-model.​
-
Productie-eisen
-
Je maakt gebruik van een technisch tekenprogramma.
-
Je maakt gebruik van de 3D printer.
De projectlijn
Start
Casus
Je start met een probleem die je van een echte opdrachtgever krijgt. Ook maak je kennis met de opdrachtgever door een werkbezoek af te leggen op locatie of op school. Op deze manier maak je kennis met de organisatie van de opdrachtgever en het werkveld waarbinnen de casus zich voordoet. Ook heb je op dit moment de kans om de opdrachtgever vragen te stellen over de casus.
PVA
Aan de hand van de casus schrijf je samen met je projectgroep een "plan van aanpak". Je gaat samen brainstormen over de casus en een plan opstellen voor hoe je tot de oplossing gaat komen. Je denkt na over producteisen, leerdoelen en uit te voeren taken. Uiteraard bedenken jullie ook welke producten je gaat maken en hoe het eindresultaat er uit moet komen te zien. Als het PVA klaar is bespreken jullie dit met de docent. Het PVA wordt goed- of afgekeurd. Bij goedkeuring kan het project beginnen. Bij afkeuring moet het PVA nog aangepast worden.
Schrijfgidsen
Voor je doorgaat moet het PVA goedgekeurd worden!
Scrum
Tijdens de uitvoering van jullie project wordt er een scrumbord bijgehouden. Op dit bord inventariseren jullie alle uit te voeren taken. Ook wordt er per taak een tijdsindictie bepaald door punten te koppelen aan iedere taak. Het scrumbord vormt het uitgangspunt van iedere les en is de plek waar jullie als projectgroep iedere les starten.
Concepten
Tijdens de eerste fase van een project denken jullie de oplossing, oftewel het product, globaal uit. Aan de hand van concepten maken jullie duidelijk hoe het product eruit komt te zien. Deze concepten helpen bij de volgende stappen binnen het project. Voorbeelden van concepten zijn:
schets, bouwtekening, script, pitch, planning, verzorgingsplan, onderzoeksverslag, shotlist, ingrediëntenlijst, enzovoorts.
Ontwerpen
Bij de tweede fase gaan jullie aan de slag met het ontwerpen van de concepten. Vaak is dit een digitaal product. Voorbeelden van ontwerpen zijn: vector ontwerpen, 3D-modellen, draaiboek, fotograferen, CAD-tekening, voedingsadvies, enzovoorts
Productie
In de laatste fase van het project worden de ontwerpen uitgevoerd of geproduceerd. Onderdelen worden gemaakt en in elkaar gezet of activiteiten worden uitgevoerd. Voorbeelden van activiteiten tijdens de productiefase zijn: 3D printen, zagen en schuren, monteren, afdrukken, uitvoering van een evenement of activiteit.
Eindverslag
Als het project volledig is afgerond schrijft de projectgroep een eindverslag. Jullie schrijven over hoe het proces is verlopen en evalueren de door jullie gestelde productie-eisen en leerdoelen. Het eindverslag is belangrijk voor de beeldvorming van hoe het project is verlopen.
Eindgesprek
Op basis van alle aangeleverde producten en ervaringen vult de projectgroep twee beoordelingsformulieren in. Een formulier die ingaat op het proces en een formulier die op het product gericht is. De docent vult deze formulieren ook in, onafhankelijk van de projectgroep. Tijdens het eindgesprek gaan jullie met de docent het project evalueren. De formulieren zijn hiervoor de leidraad. Samen met de docent wordt er uiteindelijk een definitieve beoordeling gemaakt.
Op basis van alle aangeleverde producten en ervaringen vult de projectgroep twee beoordelingsformulieren in. Een formulier die ingaat op het proces en een formulier die op het product gericht is. De docent vult deze formulieren ook in, onafhankelijk van de projectgroep. Tijdens het eindgesprek gaan jullie met de docent het project evalueren. De formulieren zijn hiervoor de leidraad. Samen met de docent wordt er uiteindelijk een definitieve beoordeling gemaakt.
Presentatie
Ter afsluiting geeft de projectgroep een presentatie over het project. Proces en product komen hierin beiden weer aan bod. Ook is de opdrachtgever hierbij aanwezig om feedback te geven op het uiteindelijke product.